Het waterpeil in de veenweidegebieden zal omhoog moeten om uitstoot van CO2 en verzilting van het grondwater tegen te gaan. Maar wat betekent dat voor het verdienmodel van de boer? In Akkrum denken ze het antwoord te hebben gevonden in de vorm van een landgoed.

Foto: Simon Bleeker

Projectleider Albert van Zadelhoff op het land van de familie Jongbloed waar landgoed het Akkrumer Goedland moet komen als het waterpeil omhooggaat. "Nije modellen moatte wol foarearst de boer perspektyf jaan."

 

"Der is gjin alternatyf", zegt Albert van Zadelhoff over de oplossing van het veenweidedossier. "It wetterpeil moat omheech. We kinne it wetter net fuort pompen bliuwe."

De argumenten zijn voor hem helder. Ten eerste is er de verzilting in het noorden van de provincie. "Yn Seelân sizze se it moai: Friesland is kampioen van zoet water zout water maken. Wy sûgje sâlt wetter oan troch ús lege peil."

Ten tweede is er de CO2-uitstoot. Door het lage peil oxideert de CO2 die opgeslagen ligt in het veen en komt vrij in de atmosfeer. 83 procent van de uitstoot van broeikasgassen door landgebruik in de provincie is hierop terug te voeren, berekende de Friese Milieu Federatie begin dit jaar.

Daar moet iets gebeuren dus. Maar als het waterpeil omhoog gaat, dan heeft dat gevolgen. Vooral voor de boeren die in het gebied wonen en de grond onder hun verdienmodel letterlijk zien wegzakken. "Der moat in drastyske feroaring komme yn it fertsjinmodel. Wy witte wat we dwaan moatte, mar noch net hoe."

 

Alhoewel, helemaal varen in de mist is het niet. Van Zadelhoff heeft wel een denkrichting. Hij probeert het antwoord te vinden als projectleider van Akkrumer Goedland, een samenwerkingsverband van boeren, burgers en bedrijven in en rond Akkrum. Hun oplossing? Maak van wat nu boerenland is, een landgoed. En dan geen landgoed uit de boeken van Jane Austen met fraaie landhuizen en door paarden getrokken koetsjes, maar een gebied met verschillende functies die elkaar aanvullen en ondersteunen. In het gebied wordt nu nog geboerd door Aen Age Jongbloed, een reguliere melkveehouder met 360 koeien, en Sjoerd Miedema, een biologische boer met 200 koeien. Daarnaast ligt een deel van het land van drie andere boeren in de polder.

Ook in de toekomst is er wellicht nog enige ruimte voor veeteelt, maar niet op de schaal van nu. De projectgroep kijkt daarom ook naar andere bronnen van inkomsten, vertelt Van Zadelhoff. "We sjogge bygelyks ek nei de produksje fan enerzjy en natoerûntwikkeling." Op een deel van de om en nabij 200 hectare land is ook ruimte voor het telen van gewassen voor biobased bouwen, zoals lisdodde. En er moet kleinschalige duurzame recreatie komen, daarvoor lijken de voorwaarden erg gunstig. Verder zijn er ook plannen om cranberries te verbouwen en zou een groenteteler op het landgoed neer kunnen strijken. "Der binne ek wol wat hegere rêgen dêr’t dat goed kin." Hoe dan ook is er een constante. "Nije modellen moatte wol foarearst de boer perspektyf jaan."

Bij alle plannen is er oog voor de rest van de maatschappij. "It unike fan dit gebiet is dat Akkrum-Nes om de hoeke leit." Wie het dorp uitrijdt, staat eigenlijk al op het erf van de Jongbloeds. "Wy wolle útfine hoe’t we harren derby belûke kinne."

De projectgroep deed daarom ook al een rondje langs belanghebbenden in de regio. "We ha harren frege wêr’t hja grutsk op wêze soene. It antwurd: dat it doarp him werkent yn it lângoed."

Akkrum bij de plannen betrekken heeft dan ook de hoogste prioriteit. "Dy mienskip bouwe, dat is it belangrykste doel." Al is daar nog wel een wereld te winnen. "We binne noch net sa bekend, je kinne hast it gebiet net ynkomme. Dat kin feroarje mei bygelyks in paad om op te kuierjen."

 

Ondertussen moet het ook voor de boeren een hele stap zijn. Volgens Van Zadelhoff zijn ook zij er echter van doordrongen dat een ommekeer nodig is. "It monoïstyske ferdwynt", zegt hij. "En dêr binne de boeren har ek wol fan bewust." Het is iets wat Aen Age Jongbloed, bij wie de projectleider twee- wekelijks kantoor houdt, beaamt. "Wy moatte sjen nei nije kânsen", zegt hij als hij even binnenwipt.

Die nieuwe kansen kunnen ook een blauwdruk zijn voor andere boeren in veenweidegebieden. Om die reden kende de rijksoverheid vanuit het Groeifonds 12,5 miljoen euro toe aan twee Friese veenweideprojecten, waarvan het Akkrumer Goedland er een is en een proefboerderij in de Hegewarren de andere.

In de Hegewarren moeten vooral nieuwe concepten bedacht en uitgetest worden en in Akkrum wordt gekeken naar de toepasbaarheid. Het geld is ruwweg gelijk verdeeld over beide. Van Zadelhoff en co gebruiken het om de wisselwerking met de lokale gemeenschap verder uit te werken, om de plannen op te schalen en nieuwe financiering aan te trekken.

Ook gedeputeerde Douwe Hoogland (PvdA) wordt enthousiast van het idee van een blauwdruk. Zijn veenweidevisie, in gang gezet toen hij nog Statenlid was, was het die uit- eindelijk leidde tot de plannen voor het Akkrumer Goedland. "It hat in hiele moai opbou krigen", zegt hij. "It is bysûnder moai ynfolle. As je sjogge nei it totaalpakket, dan hat dat it yn him om de ympakt op it plattelân te fersterkjen."

 

Aan het Akkrumer Goedland wordt sinds vorig jaar gewerkt. Vooralsnog is het vooral kwartiermaken en volgend jaar moeten de plannen worden uitgewerkt. Dat past ook wel binnen de lijnen van het Groeifonds, zegt Van Zadelhoff. "Dat hat ek in hoarizon fan tsien jier. Mar we wolle wol yn de kommende twa, trije jier ‘up and running’ wêze." Daarmee gaat Akkrum een interessante toekomst tegemoet. ,,Dit idee is unyk. It moat oars en litte we dat dan ek dwaan. De measte gebietsprosessen komme út de polityk wei. Dit net, dit is begûn by lokale ûndernimmers. Dat jout my in soad enerzjy.’’

 

DOWNLOAD PDF